Coronaverslag van een Nederlandse uit het weerbare Uruguay

Gepubliceerd in La Chispa op 27-05-2021

Door effectief regeringsingrijpen en meewerkende inwoners bleef de coronacrisis in Uruguay een jaar lang beperkt. In maart 2021 stegen de besmettingen en sterfgevallen echter exponentieel. Momenteel is Uruguay zelfs een van de meest getroffen landen ter wereld. De Nederlandse Lara Droogleever Fortuyn, die al zeven jaar met haar gezin in Montevideo woont, doet verslag van haar ervaringen, gedachten en gevoelens bij de crisis. Met grote waardering voor Uruguay: ‘Ik prijs mezelf gelukkig dat ik in deze crisis in dit mooie land kan zijn.’

Donkere onweerswolken boven Brazilië en Argentinië waren zichtbaar en voelbaar. In de tweede week van maart 2020 hing er in Uruguay een beklemmende spanning. Dat de storm ook hier zou komen, wist eigenlijk iedereen. Maar wanneer en hoe heftig wist niemand. Uruguay en Frans-Guyana waren de enige groene corona-landjes op het Zuid-Amerikaanse continent. Leven in ‘de kont van de wereld’, zoals ze het zelf noemen, heeft z’n voordelen.

Lara met haar gezin

Adrenaline

Maar de onzekerheid over de toekomst zorgde voor angst, ook bij mij. Ik ben bijna zeven jaar geleden samen met mijn Argentijnse man, dochter (nu tien jaar) en zoon (nu acht jaar) naar Uruguay geëmigreerd. Het land – met slechts 3,5 miljoen inwoners – is grotendeels afhankelijk van import. Wat als de schappen in de supermarkt leegraken? Wat als de ziekenhuizen in no-time volstromen? Net als een groot gedeelte van de wereldbevolking nam ik het heft in eigen handen en dook ik met een oerdrift de Macro in. Ik voelde een raar soort adrenaline door mijn lijf gieren. Voor minstens een maand zou ik het hachje van mijn gezin redden. Twee karren – en daarna nog een derde – stouwde ik vol met pasta, bloem, rijst, bonen, blikvoer, alcohol in gel en desinfecterende middelen. En wijn, veel wijn. Het idee je huis niet uit te kunnen en bovendien je dag niet af te kunnen sluiten met een welverdiende tinto, deprimeerde me. Ik verstopte de flessen een beetje onder een mega pak wc-papier. De jacht op wc-papier was zo groot dat ik er ook aan mee deed. Al wist ik niet waarom.

In ons huis in de hoofdstad Montevideo hielp man mij met het vrijmaken van kastruimte en het bergen van de voorraad. Commentaren als ‘Tien pakken bloem, is dat nou echt nodig?’ negeerde ik. Mijn kinderen staarden met grote ogen naar de voorraden en vonden het vooral heel cool om zoveel voedsel in huis te hebben.

 

Snel en streng

Op 13 maart, twee dagen na mijn massa-aankoop, kwam het gevreesde nieuws. De eerste vier coronagevallen waren bekend. Man, technisch directeur van de Uruguayaanse luchthavens, moest met spoed naar het ministerie van Volksgezondheid. Vanaf het parlementsgebouw appte hij me: ‘Alles gaat dicht’. Later begreep ik wat ‘alles’ inhield: grenzen, scholen, winkelcentra, restaurants, evenementen, et cetera. Uruguay greep snel en streng in. De pas aangetreden centrumrechtse president Luis Lacalle Pou riep de sanitaire noodtoestand uit. Scholen gingen binnen een week over op online lessen, via een goedlopend digitaal platform.

In tegenstelling tot de meeste andere Zuid-Amerikaanse landen kwam er geen verplichte quarantaine. Ik mocht dus gewoon mijn huis uit, maar de sociale controle was groot. De boodschap was duidelijk: wie niet zijn verantwoordelijkheid neemt, kan het voor iedereen verpesten. De samenhorigheid was zo groot dat ik me zelfs een soort landverrader zou voelen als ik me niet aan de regels zou houden. Alleen met gebundelde krachten kon het coronavarkentje gewassen worden.

Bedrijven sloegen de handen ineen en zamelden miljoenen dollars in voor de inkoop van tests. Uruguay is een van de welvarendste landen van Zuid-Amerika, maar de overheid zou deze klap niet alleen kunnen opvangen. Dat besef was er vanaf dag één. Iedereen wilde z’n steentje bijdragen. Mondkappen schoten, in alle kleuren en modellen, als paddenstoelen uit de grond. Mensen kwamen bijeen om gigantische aantallen voedselpakketten samen te stellen voor minder bedeelden.

President Lacalle Pou

 

Barmhartigheid

Uruguayanen zijn creatief en denken ‘out of the box’, juist omdat het geen land is van massa consumptie. Uruguay Natural is de slogan van het land. Omdat er veel dingen simpelweg niet zijn te krijgen, zijn Uruguayanen gewend een alternatieve route naar Rome te vinden. Coronatests waren er niet, maar een paar maanden na de uitbraak van het virus produceerde Uruguayaanse wetenschappers hun eigen kits. Er kon massaal getest worden. Verder waren er weinig beademingsapparaten. Daarom besloot cardioloog Roberto Canessa – overlever van de gruwelijke vliegtuigcrash in de Andes in 1972 – die zelf te maken. De tragedie, verfilmd in de Hollywoodfilm Alive, inspireerde hem tot het ontwikkelen van de inhalatoren. Hij had destijds zijn vrienden in de vrieskou naar adem zien happen en dacht: “Dat niet weer”. Hij besefte dat Uruguay geen supermacht is die de apparaten en masse kan inkopen, dus ging hij zelf aan de slag. En met succes.

Een maand na de uitbraak van het virus strandde het Australische cruiseschip ‘Greg Mortimer’ voor de kust van Uruguay. Een groot gedeelte van de passagiers was besmet, waaronder de Nederlandse Florence Kuyper, die haar verhaal hierover deed bij Een Vandaag. Omringende landen hielden de grenzen dicht. De Uruguayaanse regering startte een humanitaire missie en evacueerde de ruim tweehonderd bemanningsleden. De ernstig zieken werden in ziekenhuizen opgenomen. De passagiers waren verbluft over de barmhartigheid van de Uruguayanen. Tijdens de evacuatie werden ze toegezongen door de lokale bevolking en overal hingen vlaggen uit. In Uruguay waren toen nog nauwelijks coronagevallen. Beelden van het warme onthaal gingen de wereld over.

Met vereende krachten worstelde Uruguay zich door de eerste fase van de pandemie. Veel kinderen hadden toegang tot online lessen, want Uruguay deelt vanaf 2007, als eerste land ter wereld, gratis tablets en laptops uit aan leerlingen en leraren van openbare scholen. En vanaf 2016 verstrekt de overheid gratis tablets aan gepensioneerden met de laagste inkomens, waardoor ook veel ouderen digitaal contact konden houden.

Groter én kleiner

Voor de kinderen betekende het drie maanden thuisonderwijs en daarna drie maanden halve dagen naar school. Het huis was veranderd in een werk-, studie- en sportruimte. Met mijn gezin zat ik op een eilandje, in een wereld die in één klap zowel groter als kleiner was geworden. Door de gesloten grenzen werd de afstand naar mijn geboorteland vergroot. Tegelijkertijd werd de wereld gedwongen tot technische innovatie en traden we massaal toe tot een digitale wereld, die we ons alleen in een verre toekomst hadden voorgesteld. En in deze wereld speelt afstand geen rol. Ik zoomde (een nieuw begrip dat nu al oud lijkt) met vrienden en familieleden in Nederland, die elkaar op dat moment ook niet bezochten.

Eventjes waren we allemaal even ver van elkaar verwijderd. In een wereld waar de dagen geruisloos maar turbulent voorbijgingen, routine door elkaar werd geschud en minuten, dagen, weken en maanden samenkwamen in dezelfde kleurtoon. Samen leefden we in de toekomst, maar ook weer in het verleden. Breinaalden, kleurpotloden, boeken en bordspellen werden door menig mens uit de kast getrokken.

Tussen het thuisonderwijs, huishouden en online yoga- en zumba lessen door probeerde ik me in die eerste fase te concentreren op nieuwe mogelijkheden en concepten voor mijn tourbedrijf (Touruguay), dat buitenlandse toeristen Uruguay wil laten zien. Omdat die niet kwamen, zou ik me op de locals moeten richten. Mijn man werd ondertussen geconfronteerd met de uitdagingen van luchthavens zonder passagiers en het reizen in het nieuwe tijdperk. Ook hij is als Argentijn gescheiden van zijn familie. Mijn zoon ging moeiteloos over op het online spelen met klasgenoten. En mijn tienjarige dochter was versneld geïntegreerd in de wereld van tik-tok, IPad en de mobiele telefoon. Een weg vol gevaren, waarvan de route terug onmogelijk lijkt.

 

 

Zoenen

Iedere week raakten we als gezin iets meer gewend aan ‘het nieuwe normaal’. Een realiteit waarin we de medemens niet meer met een zoen – Uruguayanen zoenen de godganse dag door – maar met een vuist begroeten. Waarin we tig keer per dag onze handen ontsmetten en mondkappen als kerstballen aan autospiegels hangen. Waarin kinderen met mondkappen naar school gaan en voor de ingang dagelijks getemperatuurd worden. Nieuwe routines zijn in ons systeem geslopen, waarvan sommige reflexen misschien wel altijd zullen blijven bestaan. Zal ik ooit nog zonder argwaan naar een hoestend persoon in de rij van de kassa kijken? Heeft de alcohol in gel niet een eeuwige ere-plek in mijn handtas verworven? Zal ik later als ik groot ben niet tegen mijn kleinkinderen zeggen: ’Altijd goed je handjes wassen, want in het coronatijdperk heb ik geleerd….’ net zoals mijn opa en oma bij mij aandrongen te genieten van dat stukje vlees, ’want in de Tweede Wereldoorlog…’

Mensen praten over ‘de reis naar binnen’, nu de vluchtroute naar buiten geblokkeerd is. Allemaal ervaren we op onze eigen manier hoe het voelt als vrijheid geen vanzelfsprekendheid meer is. Iedereen heeft dezelfde vijand, die nu niet uit vlees en bloed bestaat. Tegelijkertijd schokt de aardbol, zoekend naar een nieuwe wereldorde. Covid-19 heeft in één klap de kwetsbaarheid, maar ook de noodzaak van de globalisering zichtbaar gemaakt. De wereldkaart wordt niet meer ingedeeld in werelddelen, maar in groene, gele, oranje en rode landen. Een kaart die dagelijks van kleur verschiet. Het postindustriële tijdperk wordt straks het postpandemie tijdperk. En nu moeten we meetrillen met die transitie, op micro- meso- en macroniveau. Trillingen die iedere burger op deze planeet voelt, maar waarvoor niet iedereen dezelfde tol betaalt. Trillingen van rouw, van economische tegenslagen, van mentale beproevingen, van verlies en voor sommigen van mogelijkheden en kansen. (tekst gaat verder onder foto)

 

Sterk zorgsysteem

Uruguay ging snel dicht en kon door de adequate aanpak de coronamaatregelen snel stapsgewijs afbouwen. De grote besmettingsgolf bleef uit. De succesformule zat ‘m in veelvuldig testen (aan huis en in teststraten), adequaat contactonderzoek, gebruik van mondmaskers en een sterk zorgsysteem. De gezondheidszorg is goed voor ongeveer 20 procent van de algemene overheidsuitgaven. In Latijns-Amerika ligt het gemiddelde op 12 procent. Daarbij heeft Uruguay hoogste BNP per capita van Latijns America, dus het budget voor de gezondheidszorg is relatief nog hoger. Ook helpt het dat Uruguay dunbevolkt is en het ‘ons kent ons gehalte’ groot is.

En, misschien wel het belangrijkst, de bevolking hield zich aan de regels. Wie in quarantaine moest, deed dat meestal ook. We hebben in Uruguay geen demonstraties tegen coronamaatregelen meegemaakt. En er zijn ook geen groepen mensen met complottheorieën die zeggen dat corona fake news is. Althans, die verschijnen niet in het openbaar. De grenzen zijn voor toeristen nog steeds gesloten. Dat is niet goed voor mijn bedrijf en een ramp voor de toeristensector, maar wel goed voor het aantal besmettingen. Uruguayanen die uit het buitenland terugkomen, moeten verplicht een negatieve coronatest van niet ouder dan 72 uur op zak hebben en na aankomst in quarantaine.

Door de succesvolle maatregelen groeide het kleine landje uit tot één van de beste ‘coronalanden’ ter wereld. Toegejuicht door de internationale pers kwam Uruguay als enige Latijns-Amerikaanse land op het lijstje ‘veilige’ landen voor wie de Europese Unie de grenzen heeft geopend.

Van beste naar slechtste leerling

Uruguay leek onschendbaar, tot eind 2020 de coronagevallen toch opliepen, dagelijks met een paar honderd; Uruguay kleurde oranje. Mensen waren ‘Corona-moe’ en ikzelf eigenlijk ook. Social distancing ging de Uruguayanen – die elkaar zo graag aanraken – steeds moeilijker af. De regering kondigde nieuwe maatregelen aan, waaronder sluiting van horeca vanaf middernacht en sluiting van de binnensporten. Een strenge lockdown bleef uit.

Vol optimisme ging Uruguay 2021 in. Met het vaccin in het vooruitzicht en slechts een handjevol coronadoden zou Uruguay er zonder al te veel kleerscheuren vanaf komen. In maart – een jaar na de eerste besmettingen – veranderde echter alles. Uruguay werd van de beste leerling de slechtste leerling van de klas. De veel besmettelijkere en agressievere P1-mutatie waaide vanuit de Braziliaanse Amazone over. Momenteel komt 99 procent van de besmettingen in Uruguay van deze mutatie. Buiten Brazilië heeft geen ander land relatief zoveel P1-besmettingen. Op de Intensive Cares is duidelijk een verschuiving te zien in leeftijdscategorie: steeds vaker worden jonge (gezonde) mensen getroffen. Deze variant is ook heel besmettelijk onder kinderen, waardoor de verspreiding sneller gaat. Het virus is Uruguay binnengekomen via Brazilianen die in hun eigen land wonen, maar in Uruguay werken.

Van nul tot een dode per dag eind 2020 hebben we nu te maken met dagelijks rond de zestig sterfgevallen. Het aantal besmettingen is exponentieel gegroeid, de druk op de zorg is enorm en de Intensive Cares dreigen vol te stromen. Afgelopen weken (vanaf 5 mei) had Uruguay met een gemiddelde van zestien doden per dag per miljoen inwoners zelfs relatief de meeste sterfgevallen ter wereld.

 

Tussen nostalgie en verzoening

Mensen wordt dwingend geadviseerd in de eigen familiebubbel te blijven. Scholen zijn weer overgegaan op thuisonderwijs, en veel mensen werken vanuit huis. Ook zijn (sport)clubs, musea en theaters gesloten. Horeca, winkels en kappers blijven echter open om een economische catastrofe te voorkomen. Contactberoepen worden nog steeds uitgevoerd. Uruguay heeft voor milde maatregelen gekozen, omdat de route naar buiten in zicht lijkt te zijn. Een zeer geolied vaccinatieprogramma – met het drietal Pfizer, Sinovac en AstraZeneca – moet een einde moet gaan maken aan de nachtmerrie. Momenteel heeft 45 procent van de bevolking de eerste prik gehad. Tot mijn grote vreugde ben ik nu volledig gevaccineerd.

Ondanks de vele vaccinaties lijkt de top van de infecties nog niet bereikt. De regering én de bevolking hadden eerder een daling van besmettingen en ziekenhuisopnames verwacht. Artsen geven aan dat ze, qua bezetting en incasseringsvermogen, aan hun taks zitten. Angst onder de bevolking groeit en kritiek op het beleid neemt toe, met name van (aanhangers van) de linkse oppositiepartijen. Dit verloopt zonder grote demonstraties en schandalen. De regering houdt echter vast aan de huidige koers en verwacht dat we op korte termijn de vruchten gaan plukken van de vaccins.

Ik prijs me gelukkig dat ik in deze crisis in dit mooie land kan zijn. Met een zeshonderd kilometer lange (en lege) kustlijn is een mentale escape altijd binnen handbereik. De blauwe lucht bevrijdt beknellende plafonds. De sterrenhemel bundelt momenten in eeuwigheid. Uruguay – dat de rivier van de geschilderde vogels betekent – biedt vrijheid in gevangenschap. Ondertussen zie ik in de spiegel hoe de fijne lijntjes in mijn gezicht met het virus zijn meegegroeid. Ik mis mijn dierbaren uit Nederland heel erg en ervaar hoe het is om mijn oude wereld even niet meer aan te kunnen raken. Ik word hier, op het nieuwe continent, heen en weer geslingerd tussen nostalgie en verzoening. Tussen isolatie en socialisatie. Tussen heimwee naar het oude en liefde voor het nieuwe. Rusteloos en geduldig, in een achtbaan van emoties, wacht ik tot mijn werelden weer zonder te veel risico’s samen kunnen komen.

Comments are closed.